Regelingen devices
Kunnen alle leerlingen in het funderend onderwijs over een device beschikken voor het volgen van onderwijs?
Kunnen alle leerlingen in het funderend onderwijs over een device beschikken voor het volgen van onderwijs?
Karssen, M., Stronkhorst, E., De Geus, W. & De Roode, J. (2024)
RAPPORT: 1135 ISBN: 94-6321-197-0
Toename van digitalisering in het onderwijs maakt toegang tot digitale (leer)middelen voor leerlingen cruciaal. Hiervoor hebben leerlingen een device nodig. Een device is een apparaat dat leerlingen toegang verschaft tot al het digitale lesmateriaal dat een leerling nodig heeft. Binnen het primair onderwijs geldt dat de school de devices dient te regelen. In het voortgezet onderwijs geldt dat scholen de ouders mogen vragen een device aan te schaffen, maar ze mogen dit niet verplichten. Binnen gemeenten bestaan regelingen waar sommige ouders een beroep op kunnen doen. Daarnaast bestaan er private organisaties die regelingen aanbieden als dit via gemeenten niet lukt. De ministeries van OCW en SZW wilden graag weten of deze bestaande regelingen omtrent devices voldoen. Kohnstamm Instituut en Oberon Onderzoek en Advies hebben daarom in april tot juli 2024 onderzoek gedaan naar de vraag: “Welke regelingen zijn er, zowel publiek als privaat georganiseerd, met als doel dat leerlingen in het funderend onderwijs over een goed en veilig device beschikken voor het volgen van onderwijs?”.
Voor het onderzoek is gebruik gemaakt van bestaande data en rapporten van de Schoolkostenmonitor (de Geus e.a., 2023), Evaluatie Wet Gratis schoolboeken (Bisschop e.a., 2021), MYRA (Karssen e.a., 2023) en Ouders & Onderwijs (2024). Aanvullend zijn er vragenlijsten uitgezet onder gemeenten in Nederland en onder het gespecialiseerd onderwijs. Er zijn tot slot interviews gehouden met de belangrijkste betrokken organisaties.
Scholen geven aan dat een device in veel gevallen noodzakelijk is voor het volgen van onderwijs. In het basisonderwijs is het iets minder vaak noodzakelijk dan in het voortgezet onderwijs.
In het basis- en gespecialiseerd onderwijs gebruikt een leerling meestal een device van de school (vaak kosteloos), in het voortgezet onderwijs gaat het meestal om een door de ouder zelf aangeschaft device. Als gemeenten een regeling hebben waarmee een device aangeschaft kan worden, richten deze regelingen zich vooral op minima. Hier komt niet iedereen voor in aanmerking. Er zijn vaak eisen aan toekenning van een device verbonden, zoals een inkomenseis, leeftijd van het kind, een frequentie-eis en een maximaal aantal aanvragen per gezin.
De verantwoordelijkheid voor het voorzien in devices is onduidelijk/onscherp. Gemeenten en (voortgezet onderwijs) scholen wijzen veelal naar elkaar en de verantwoordelijkheid wordt door de partijen verschillend beleefd. De gemeenten en scholen stemmen hun regelingen vaak niet op elkaar af.
De regelingen van private organisaties als (lokale) stichting Leergeld, Nationaal fonds Kinderhulp en het Jeugdeducatiefonds zijn complementair aan de subsidieregelingen van gemeenten. Zij dienen als een vangnet om te zorgen dat iedereen geholpen kan worden. Hoewel de bestaande regelingen en geldstromen dus voorzien in de gewenste behoefte voor subsidieregelingen, is het de vraag of elke ouder succesvol diens weg kan vinden tussen alle verschillende regelingen. Het diverse aanbod sluit daarnaast niet altijd aan, omdat het device niet altijd aan de eisen van de school voldoet of niet tijdig vervangen kan worden.
Door de vele verschillende organisaties is er daarnaast geen zicht op de omvang van de groep die niet bereikt wordt. Wel is duidelijk dat een groep ouders buiten de boot valt van gemeentelijke regelingen: deze groep moet nu zelf devices aanschaffen omdat het inkomen net te hoog is of omdat het gezin uit teveel kinderen bestaat. Naast de eisen van de gemeente vormt soms ook de toegankelijkheid van regelingen bij gemeenten of organisaties een probleem. Vrijwilligers van private organisaties helpen om de juiste organisatie te vinden of om een aanvraag in te dienen. Maar niet iedereen meldt zich. Daardoor is het de vraag of iedereen bereikt wordt.
Karssen, M., Stronkhorst E., De Geus, W. & De Roode, J. (2024). Regelingen devices. Kunnen alle leerlingen in het funderend onderwijs over een device beschikken voor het volgen van onderwijs? Amstelveen: Kohnstamm Instituut. Rapport 1135.
Contactpersoon:
Merlijn Karssen
Samenwerkingspartner:
Oberon Onderzoek en Advies
Kohnstamm Instituut doet onderzoek op het gebied van onderwijs, opleiding, opvoeding en jeugdhulp. Wij zijn gespecialiseerd in opdrachtonderzoek en komen voort uit de Universiteit van Amsterdam.