Masteropleiding voor leraren goede basis voor betere kennisbenutting en verspreiding
Leraren die een postinitiële masteropleiding volgen of hebben gevolgd passen de recent opgedane kennis en inzichten vooral toe tijdens de les. Verspreiding van kennis geschiedt vooral in informele gesprekken met directe collega’s. Dit blijkt uit een deelonderzoek dat als onderdeel van het NRO-project ‘Docenten creëren en benutten kennis voor onderzoek en praktijk’ is uitgevoerd.
Zowel in beleid als in praktijk is er veel aandacht voor het stimuleren van professionele ontwikkeling van leraren. De vergroting van het aantal leraren met een masteropleiding is een duidelijk aandachtspunt in het beleid van de Rijksoverheid, en van de VO-raad en de PO-raad. Zo is in het sectorakkoord 2014-2017 tussen de VO-raad en de minister van OCW afgesproken dat in 2020 50% van alle leraren in het VO een masteropleiding heeft.
Als een van de deelonderzoeken van het NRO-project ‘Docenten creëren en benutten kennis voor onderzoek en praktijk’ is daarom besloten de volgende onderzoeksvraag te beantwoorden: “Levert het volgen van een masteropleiding door leraren in het voortgezet onderwijs een bijdrage aan kennisbenutting en verspreiding, hoe wordt die kennis benut, en in welke vorm en naar wie wordt kennis verspreid?”
Leraren die een masteropleiding volgen
In een langlopend onderzoek in opdracht van het Ministerie van OCW, dat uitgevoerd wordt door SEO Economisch Onderzoek, Kohnstamm Instituut en Hogeschool van Amsterdam, wordt onderzocht wat de effecten van het volgen van een post-initiële masteropleiding zijn op in het onderwijs werkzame leraren en op hun omgeving. Voor de beantwoording van de onderzoeksvraag naar kennisbenutting en –verspreiding is aangesloten bij de survey dat in het kader van dit onderzoek voor OCW plaatsvindt. Daartoe is een drietal stellingen voorgelegd aan de deelpopulatie leraren in het voortgezet onderwijs die een masteropleiding volgen of deze opleiding recent hebben afgesloten. In totaal hebben 291 docenten hun oordeel over de stellingen uitgesproken, waarvan 183 docenten die bezig waren of zijn met een eerstegraads vakmaster, 70 de master Special Educational Needs (SEN), en 38 docenten de master Leren en Innoveren (MLI). Driekwart van de ondervraagden studeerde nog tijdens de survey tegen een kwart dat al afgestudeerd was.
Type masteropleiding maakt uit voor kennisbenutting
Uit het onderzoek blijkt ten eerste dat kennisbenutting en –verspreiding verschilt per type masteropleiding dat leraren volg(d)en. Het toepassen van kennis komt overall het vaakst voor tijdens de les (zie de grafiek; score 3,5 = regelmatig tot vaak). Bij de leraren die een SEN-master volg(den) gebeurt toepassing van kennis het vaakst tijdens leerlingbesprekingen en bij de master MLI in gesprekken met leidinggevenden. De analyse van verschillen tussen de masteropleidingen laat zien dat overall de leraren die een vakmaster doen het minst kennis en inzichten vanuit de vakmaster toepassen, en leraren met een SEN-master het meest.
Verspreiding van kennis die leraren opdoen tijdens de master gebeurt regelmatig in informeel overleg met collega’s. Ook geven de leraren input van hun kennis vanuit de masteropleiding tijdens werkoverleg. Kennisverspreiding geschiedt duidelijk het vaakst onder directe collega’s.
Zie ook
Zie website van NRO-project ‘Docenten creëren en benutten kennis voor onderzoek en praktijk’.
Samenwerkingspartners
Universiteit van Amsterdam en ICLON, Universiteit Leiden
deel deze pagina
Onderzoeken en publicaties
Partners en samenwerkingen
Kohnstamm Instituut
Kohnstamm Instituut doet onderzoek op het gebied van onderwijs, opleiding, opvoeding en jeugdhulp. Wij zijn gespecialiseerd in opdrachtonderzoek en komen voort uit de Universiteit van Amsterdam.