Monitor Regionale Aanpak Lerarentekort

Meer regionale samenwerking komt lerarentekort ten goede

Aanpak van het lerarentekort

Tekorten aan leraren komen de laatste jaren steeds duidelijker naar voren. Het ministerie van OCW zette met extra middelen een regeling op, die zou moeten leiden tot een aanpak van het lerarentekort. Dit heet de subsidieregeling Regionale Aanpak Lerarentekort (RAL) waar regio’s in het land gebruik van konden maken in 2019 en 2020. Daarnaast heeft de G4 meer middelen ontvangen. In opdracht van het ministerie bracht Oberon samen met het Kohnstamm Instituut de regionale aanpakken in beeld in een eindrapport rond deze thema’s:

1. regionale samenwerking en organisatie
2. inhoud van plannen
3. activiteiten, proces en resultaten

Werving van nieuwe leraren en begeleiding van zij-instroom

De 57 RAL-regio’s hebben voor in totaal ruim 400 activiteiten subsidie aangevraagd. Ze hebben vooral ingezet op werving van nieuwe leraren en het begeleiden en stimuleren van zij-instromers. Zo bouwden diverse regio’s websites met informatie over het werken in het onderwijs. Daarnaast zijn er extra middelen ingezet voor de begeleiding van startende leraren, het werken aan arbeidsmarktprofilering en imago, en het behouden van ervaren leraren. Ook leidde de subsidieregeling tot meer samenwerking tussen besturen en lerarenopleidingen.

Realiseren van activiteiten

Wat droeg bij aan het realiseren van activiteiten en doelen?

• goede samenwerking tussen besturen en lerarenopleidingen;
• gemeenschappelijk belang van de besturen in de regio;
• duidelijke projectstructuur met betrokkenheid van p&o-ers;
• actieve rol projectleiding;
• concrete plannen gericht op resultaat;
• samenwerking met lerarenopleiding/gemeenten/andere regio’s;
• evalueren en bespreekbaar maken van knelpunten.

Ook zijn er activiteiten nog niet van de grond gekomen. Dat heeft te maken met:

• de gevolgen van Corona waardoor de aandacht van het werkveld niet meer lag bij het lerarentekort en de subsidie-activiteiten;
• problemen bij de vertaling van ideeën/afspraken van bestuurders naar de praktijk;
• onvoldoende maatwerk in begeleiding en opleiding;
• onvoldoende draagvlak voor activiteiten bij besturen.

Het veld geeft aan dat de subsidieregeling van belang is geweest voor de bereikte resultaten, zowel op het terrein van de samenwerking als de ontwikkeling en uitvoering van activiteiten. Ruim de helft van de regio’s en de G4 zijn ervan overtuigd dat regionale samenwerking leidt tot een betere werking van de (regionale) onderwijsarbeidsmarkt.

Meer informatie:

Langenberg, K. van den, S. van der Ploeg, S. Weijers, W. Schenke & A. Vaessen (2020). Monitor Regionale Aanpak Lerarentekort. Eindrapport 2020. Utrecht: Oberon.

Contactpersoon: Wouter Schenke